In 2023 legden Nederlanders in eigen land meer kilometers af dan het jaar ervoor, maar nog altijd minder dan in 2019, het laatste jaar voor de COVID-pandemie. Het goederenvervoer nam daarentegen af. Dit blijkt uit het rapport Kerncijfers Mobiliteit 2024 van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM).
Meer persoonlijke kilometers, maar nog niet zoals voor corona
Gemiddeld reisden Nederlanders van zes jaar en ouder in 2023 dagelijks ongeveer 30 kilometer en 70 minuten. Hoewel het aantal gereisde kilometers toenam ten opzichte van 2022, zijn de cijfers nog niet terug op het niveau van 2019. Het treinverkeer groeide bijvoorbeeld wel, maar bleef 18% achter bij het pre-pandemische niveau. Ook bus, tram en metro (btm) noteerden een stijging in gebruik, maar bleven 17% onder dat van 2019.
Autogebruik kende eveneens een lichte groei, maar lag nog steeds 8% lager dan vier jaar geleden. Fietsgebruik bleef stabiel ten opzichte van 2019, terwijl lopen juist opvallend populairder werd. Het aantal te voet afgelegde kilometers steeg met 33% vergeleken met 2019.
Goederenvervoer onder druk
In tegenstelling tot het personenvervoer kromp het goederenvervoer in 2023. Dit was vooral het gevolg van een afnemende vraag naar goederen en lagere productie. Zowel vervoer over de weg, via binnenvaart en spoor, als door buisleidingen daalde ten opzichte van 2022. Voor binnenvaart en buisleidingen zakten de volumes zelfs onder die van 2013. Ook transport via zee en lucht liet een afname zien.
Vertragingen nemen toe
Het verkeer nam in 2023 toe, wat ook gevolgen had voor de reistijd. Op de hoofdwegen werden in totaal 70 miljard kilometers afgelegd, met een tijdverlies van 62 miljoen uur door files en andere vertragingen. Dit ligt boven het niveau van 2022, maar blijft lager dan in 2019. Ook treinreizigers ondervonden meer vertraging; de gemiddelde vertraging per treinreis steeg van 1,9 naar 2 minuten.
Broeikasemissies dalen op lange termijn
Hoewel het wegverkeer in 2023 toenam, blijven de broeikasemissies van voertuigen op de lange termijn dalen dankzij schonere technologie. De uitstoot van wegverkeer ligt nu 16% lager dan tien jaar geleden. Toch was er in 2023 een lichte toename van de uitstoot ten opzichte van 2022, als gevolg van het gestegen aantal gereden kilometers.
Toekomstperspectief: groei in verkeer en vervoer
De komende jaren verwacht het KiM verdere groei in het aantal afgelegde kilometers per auto, trein, btm en fiets. Bevolkingsgroei en economische ontwikkeling zijn belangrijke drijfveren. Elektrische fietsen spelen een prominente rol in deze voorspelling; het aantal afgelegde kilometers met e-bikes zal naar verwachting in 2029 40% hoger liggen dan in 2023.
Ook het goederenvervoer, zowel binnenlands als internationaal, zal volgens het KiM de komende jaren weer groeien. Daarmee lijkt mobiliteit in Nederland een nieuwe fase van toename en aanpassing in te gaan, waarbij duurzaamheid en efficiëntie steeds centraler komen te staan.