De NS reageert positief op de recente verwijzingsuitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBb) met betrekking tot de concessie voor het hoofdrailnet. Het CBb heeft aangekondigd het Europese Hof van Justitie om uitleg te vragen over de interpretatie van Europese regels op het spoor. Volgens NS biedt de verwachte duidelijkheid uit deze procedure goed nieuws.
Ministerie en NS staan achter concessieverlening
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat stelt dat de concessie op correcte wijze aan NS is gegund. NS onderschrijft deze juridische analyse en ondersteunt de gemaakte keuze voor het vervoerscontract.
Tussenuitspraak en voorlopige voorzieningen CBb
Naast het vragen om uitleg heeft het CBb ook een uitspraak gedaan over voorlopige voorzieningen. Hieruit blijkt onder meer dat NS de Hoofdrailnetconcessie blijft uitvoeren en dat het ministerie voorlopig niet verplicht is een marktanalyse te doen. Wel moet het ministerie de onderhandelingen over de Noordelijke lijnen hervatten. NS volgt deze ontwikkelingen met belangstelling, aangezien deze verbindingen momenteel onderdeel uitmaken van het landelijke netwerk.
De gegunde Hoofdrailnetconcessie en het belang voor Nederland
NS kreeg de hoofdlijnconcessie in 2023 officieel gegund door het ministerie. Volgens NS zorgt deze concessie, die loopt tot en met 2033, voor een stabiele en duurzame regeling van het treinvervoer in Nederland. Dit is van groot maatschappelijk belang vanwege de waarde die het treinvervoer vertegenwoordigt voor reizigers en het land.